Ongelijkheid en de middenklasse

Crisis versnelde de erosie van de Europese middenklasse

De financiële crisis en nieuwe arbeidsverhoudingen hebben de middenklasse in de meeste EU-landen doen krimpen tijdens de afgelopen tien jaar.

Persbericht | 29 februari 2016
BRUSSEL (IAO Nieuws) – Een nieuw rapport van de IAO in samenwerking met de Europese Commissie toont aan dat de toenemende ongelijkheid van de laatste jaren geleid heeft tot een vermindering van de middenklasse in Europa. Het rapport Trends in the world of work: What effects on inequalities and middle-income groups werd vandaag voorgesteld tijdens een conferentie.

De financiële en economische crisis heeft een belangrijke impact gehad op groepen met een gemiddeld inkomen – het rapport definieert deze als groepen waarvan het inkomen schommelt tussen 60 en 200% van het mediane inkomen. Bijna alle EU-landen die werden bestudeerd, zagen hun middenklasse krimpen, alsook het aandeel van het totale inkomen dat naar de middenklasse ging. “Een zwakkere middenklasse leidt tot een lagere vraag, zet een rem op de groei op lange termijn en kan sociale en politieke instabiliteit veroorzaken,” stelt Daniel Vaughan-Whitehead, co-auteur en redacteur van het rapport.

In de meeste Europese landen groeide de middenklasse in de jaren ’80 en ’90 snel, voornamelijk onder impuls van de verhoogde arbeidsmarktparticipatie van vrouwen en mannen, en het ontstaan van het tweeverdienersmodel. De crisis heeft echter factoren aangedragen die lange-termijntrends, zoals de veranderende jobstructuur en de toename van atypische vormen van tewerkstelling, nog hebben verergerd. Zo hebben de toenemende werkloosheid, een verdere vermindering van het reëele inkomen, en de hervorming van instellingen voor de sociale dialoog, bijgedragen aan een verdere uitholling van de Europese middenklasse tijdens de afgelopen tien jaar.

“Deze ontwikkeling baart zorgen, temeer omdat jongeren hiervan het grootste slachtoffer lijken te worden,” merkt Vaughan-Whitehead op. “De hoge jongerenwerkloosheidscijfers kunnen de kans verkleinen om tot de middenklasse te behoren, en een generatiekloof veroorzaken.”

Bepaalde beroepen die traditioneel met de middenklasse werden geassocieerd, zoals leerkracht en ambtenaar, behoren niet langer systematisch tot de groep met een gemiddeld inkomen. Werkzekerheid is niet meer de norm in de publieke sector, die een snelle toename ziet in tijdelijke contracten in heel Europa. Volgens het rapport heeft dit proces vooral een impact op vrouwen: de publieke sector is niet enkel een belangrijke werkgever voor hen, de verminderde kwaliteit en het verminderde aanbod van publieke diensten zoals kinderopvang beïnvloeden hun arbeidsmarktdeelname ook in negatieve zin.

De tewerkstelling van oudere werknemers (55-64 jaar) steeg van 38.4% in 2002 tot 51.8% in 2014. In de meeste Europese landen biedt een uitstel van het pensioen de mogelijkheid om de middenklassestatus te behouden.

Ondanks de crisis zijn bepaalde landen er in geslaagd om een stabiele middenklasse te behouden. Dit was zo voor België, Frankrijk, Nederland en Zweden, allemaal landen met robuuste industriële relaties. De verzwakking van de sociale dialoog in landen als Griekenland, Spanje en Ierland heeft zeker mee geleid tot grotere ongelijkheden. In landen met weinig collectieve onderhandelingen, zoals Hongarije en de Baltische staten, hangt de groei van de middenklasse onmiddellijk af van de economische context.

Mecanismes zoals de vaststelling van minimumlonen en collectief loonoverleg spelen ook een rol. Het voortbestaan van het indexsysteem in België bijvoorbeeld, lijkt de ongelijkheid mee te hebben beperkt.

“Beleidsmakers moeten maatregelen nemen die specifiek zijn afgestemd op de middenklasse om de ongelijkheid te verkleinen,” besluit Heinz Koller, IAO-Directeur voor Europa en Centraal-Azië. “Dergelijke initiatieven zouden niet enkel moeten raken aan de wereld van werk, maar ook verwante domeinen zoals fiscaliteit, onderwijs en sociale bescherming in overweging nemen.”

Trends in the world of work: What effects on inequalities and middle-income groups is een publicatie van de IAO in samenwerking met de Europese Commissie met bijdrages en gevalstudies van erkende experts in 15 landen: België, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Portugal, Spanje, Zweden, de Baltische staten, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Het inleidende hoofdstuk geeft een overzicht van de situatie in 30 Europese landen en beschrijft trends m.b.t. de middenklasse en nationale verschillen.