Nieuw rapport

Kinderarbeid stijgt tot 160 miljoen - eerste stijging in twintig jaar

De Internationale Arbeidsorganisatie en UNICEF waarschuwen dat negen miljoen extra kinderen in gevaar zijn door de coronapandemie.

Persbericht | 9 juni 2021
NEW YORK/GENEVA, 10 juni 2021 - Het aantal kinderen in kinderarbeid is wereldwijd gestegen tot 160 miljoen - een toename van 8,4 miljoen kinderen in de afgelopen vier jaar. Miljoenen kinderen lopen het risico op kinderarbeid door de gevolgen van COVID-19, blijkt uit een nieuw rapport van de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) en UNICEF.

Het rapport Child Labour: Global estimates 2020, trends and the road forward*, dat wordt uitgebracht voorafgaand aan de Werelddag tegen Kinderarbeid op 12 juni, waarschuwt dat de vooruitgang om een einde te maken aan kinderarbeid voor het eerst in 20 jaar is gestagneerd, waardoor de neerwaartse trend, waarbij kinderarbeid tussen 2000 en 2016 met 94 miljoen daalde, is omgebogen.

Het rapport wijst op een aanzienlijke stijging van het aantal kinderen tussen 5 en 11 jaar die kinderarbeid verrichten, en die nu iets meer dan de helft van het totale wereldwijde cijfer uitmaken. Het aantal kinderen van 5 tot 17 jaar in gevaarlijk werk - gedefinieerd als werk dat waarschijnlijk schadelijk is voor hun veiligheid, lichamelijke of geestelijke gezondheid - is sinds 2016 met 6,5 miljoen gestegen tot 79 miljoen.

"De nieuwe cijfers schudden ons wakker. We kunnen niet gewoon toekijken terwijl een nieuwe generatie kinderen in gevaar wordt gebracht," zei Guy Ryder, Directeur-generaal van de ILO. "Inclusieve sociale bescherming stelt gezinnen in staat hun kinderen op school te houden, zelfs in tijden van economische tegenspoed. Meer investeringen in plattelandsontwikkeling en waardig werk in de landbouw zijn essentieel. We bevinden ons op een scharniermoment en veel hangt af van hoe we reageren. Dit is een tijd voor hernieuwde inzet en energie, om de cirkel van armoede en kinderarbeid te doorbreken."

In sub-Saharisch Afrika hebben de bevolkingsgroei, terugkerende crises, extreme armoede en ontoereikende sociale beschermingsmaatregelen tijdens de afgelopen vier jaar geleid tot een toename van het aantal kinderen in kinderarbeid met 16,6 miljoen.

Zelfs in regio's waar sinds 2016 enige vooruitgang is geboekt, zoals Azië en het Stille Oceaangebied, en Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, brengt COVID-19 die vooruitgang in gevaar.

Het rapport waarschuwt dat wereldwijd negen miljoen extra kinderen het risico lopen tegen eind 2022 in kinderarbeid te belanden als gevolg van de pandemie. Uit een simulatiemodel blijkt dat dit aantal kan oplopen tot 46 miljoen als zij geen toegang hebben tot essentiële sociale bescherming.

Bijkomende economische schokken en de sluiting van scholen als gevolg van COVID-19 betekenen dat kinderen die al kinderarbeid verrichten, riskeren van langer te moeten gaan werken of in slechtere omstandigheden, terwijl nog veel meer kinderen tot de ergste vormen van kinderarbeid kunnen worden gedwongen als gevolg van het verlies van banen en inkomsten in kwetsbare gezinnen.

"We verliezen terrein in de strijd tegen kinderarbeid, en het afgelopen jaar heeft die strijd er niet eenvoudiger op gemaakt," zei Henrietta Fore, Algemeen directeur van UNICEF. "Gezinnen worden nu, tijdens het tweede jaar van wereldwijde lockdowns, schoolsluitingen, economische verstoringen en krimpende nationale budgetten, gedwongen om hartverscheurende keuzes te maken. We dringen er bij regeringen en internationale ontwikkelingsbanken op aan om prioriteit te geven aan investeringen in programma's die kinderen uit het arbeidsproces halen en terug naar school krijgen, en in sociale beschermingsprogramma's die gezinnen kunnen helpen om te voorkomen dat ze deze keuze überhaupt moeten maken."

Andere belangrijke bevindingen in het verslag zijn:
  • De landbouwsector is goed voor 70 procent van de kinderen die kinderarbeid verrichten (112 miljoen), gevolgd door 20 procent in de dienstensector (31,4 miljoen) en 10 procent in de industrie (16,5 miljoen).
  • Bijna 28% van de kinderen tussen 5 en 11 jaar en 35% van de kinderen tussen 12 en 14 jaar die kinderarbeid verrichten, gaat niet naar school.
  • Kinderarbeid komt op elke leeftijd meer voor bij jongens dan bij meisjes. Wanneer rekening wordt gehouden met huishoudelijke taken die ten minste 21 uur per week worden verricht, wordt de genderkloof bij kinderarbeid kleiner.
  • Kinderarbeid komt bijna drie keer vaker voor in plattelandsgebieden (14 procent) dan in stedelijke gebieden (5 procent).
  • Kinderen die kinderarbeid verrichten, riskeren lichamelijke en geestelijke schade op te lopen. Kinderarbeid brengt het onderwijs van kinderen in gevaar, beperkt hun rechten en toekomstmogelijkheden, en leidt tot vicieuze intergenerationele cycli van armoede en kinderarbeid.
Om de stijging van het aantal kinderen in kinderarbeid te keren, roepen de ILO en UNICEF op tot:
  • Adequate sociale bescherming voor iedereen, inclusief universele kinderbijslag.
  • Meer geld voor kwaliteitsonderwijs en om alle kinderen weer naar school te krijgen - ook kinderen die vóór de coronapandemie niet naar school gingen.
  • De bevordering van waardig werk voor volwassenen, zodat zij niet de hulp van hun kinderen moeten inroepen om een gezinsinkomen te verwerven.
  • Een einde maken aan schadelijke gendernormen en discriminatie die van invloed zijn op kinderarbeid.
  • Investeringen in kinderbeschermingssystemen, landbouwontwikkeling, openbare diensten op het platteland, infrastructuur en bestaansmiddelen.
In het kader van het Internationaal Jaar voor de uitbanning van kinderarbeid moedigt het wereldwijde partnerschap Alliance 8.7, waarvan UNICEF en de ILO partners zijn, lidstaten, bedrijven, vakbonden, het maatschappelijk middenveld en regionale en internationale organisaties aan om hun inspanningen in de wereldwijde strijd tegen kinderarbeid te verdubbelen door concrete actiebeloften te doen.

Nota voor de redactie

Child Labour: Global estimates 2020, trends and the road forward*, is het allereerste gezamenlijke rapport van de ILO en UNICEF. Het schat het aantal kinderarbeiders in de wereld en maakt deel uit van een bredere inspanning van verschillende agentschappen om de vooruitgang te meten en te monitoren ten aanzien van doelstelling 8.7 van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen. De schattingen zijn gebaseerd op de extrapolatie van gegevens uit 106 enquêtes die meer dan 70% van de kinderen in de leeftijd van 5 tot 17 jaar bestrijken.

Het verslag zal worden besproken tijdens een Dialoog op hoog niveau over actie tegen kinderarbeid. Het evenement, een initiatief van de Europese Commissie, de ILO en UNICEF, vindt plaats op donderdag 17 juni van 14u00 tot 15u30. Schrijf u in.

(*) Indien u een exemplaar van het rapport wenst te ontvangen, gelieve contact op te nemen met Fleur Rondelez, ILO - rondelez@ilo.org

Voor verdere informatie kunt u contact opnemen met:

Rosalind Yarde, ILO, yarde@ilo.org, newsroom@ilo.org

Helen Wylie, UNICEF New York, Tel: +1 917 244 2215, hwylie@unicef.org